Projecten

Chili: bosbeheer en ecotoerisme



¤ Zuid-Afrika 1

¤ Namibië

¤ Zuid-Afrika 2

¤ Zuid-Afrika 3

¤ China

¤ Nepal

¤ Honk Kong

¤ Indonesië

¤ Chili

¤ Argentinië

¤ Bolivia

  Project: Valdiviana Coastal Reserve project
Bezocht op: 21, 22 & 23 februari 2007
Website: www.wwf.cl www.corralchaihuin.cl www.nature.org
 

Verslag:

21 februari WWF te Valdivia

Het is rond luchttijd wanneer we toekomen te Valdivia. We vinden snel het WWF kantoor aan de oever van de rivier. De deur wordt ons geopend door Marc, een Amerikaan van “The Nature Conservancy”, een Amerikaanse organisatie die wereldwijd kostbare grond opkoopt om ze in hun natuurlijke staat te behouden voor komende generaties of, zoals hun missieverklaring het zegt “saving the last great places on earth” (voor meer info zie www.nature.org ).

Gezien in Chile de overheid Nationale Parken klein wil houden en niet wil uitbreiden, is er veel interesse voor particulier natuurbehoud. Zo heeft Doug Tompkins, de ex CEO van Esprit, het natuurpark Pumalin opgericht. Er is veel weerstand tegengekomen van de Chileense overheid omdat hij Pumalin zo groot heeft gemaakt dat het zich uitstrekt van de Stille Oceaan tot de Argentijnse Andes waardoor het Chile in twee snijdt.

Om drie uur ontmoeten we een enthousiaste César van WWF die ons een uitstekende introductie geeft over de Chileense samenleving, de verschillende inheemse bevolkingsgroepen en de rol die ze spelen in het proces van natuurbehoud.

Hij vertelt ons dat de oorspronkelijke Chileense bevolking in het Andesgebergte de Pewenche zijn (“che” betekent bevolking, en “pewen” is de naam van de apenpuzzelboom die in de bergen groeit). De kustbewoners in het Noorden heten Lafkenche, in het zuiden de Huilliche. De Mapuche zijn de mensen van het land. Mapuche is tevens de benaming van de inheemse Chileense bevolking in het algemeen.

In het verleden is het land van de Mapuche afgepakt door de heersers van toen.  De laatste 15 jaar krijgen de verschillende inheemse bevolkingsgroepen geleidelijk terug meer eigendomsrechten in handen (geholpen door het in 1991 opgericht CONADI fonds – Corporation National Desarollo Indigines).

Daarom is het voor WWF belangrijk om naast de overheid en de industrie, ook de inheemse gemeenschappen warm te maken voor natuurbehoud.

Een goed voorbeeld van het bovenstaande is o.a. het project in het Reserva Costera Valdiviana (zie www.wwf.cl en www.corralchaihuin.cl).  Het project maakt deel uit van het Valdiviaanse Ecogebied. Het WWF heeft deze regio in Chile (van de 35ste tot de 48ste breedtegraad) uitgeroepen tot één van de 25 meest waardevolle gebieden voor natuurbehoud.

De Reserva Costera Valdiviana is een uitgestrekt domein van 60.000 hectare. Het behoorde vroeger toe aan een pulpfabriek. Deze heeft heel wat waardevol oerbos gekapt om plaats te maken voor snel groeiende eucalyptusbomen. In 2003 is de pulpfabriek echter failliet gegaan. De bank, die het land in eigendom kreeg, heeft het land in 2004 verkocht aan The Nature Conservancy. In samenwerking met het WWF is men sinds dan hard aan het werken om het domein als natuurreservaat (geen gesloten natuurpark) in te richten, met ondermeer de aanleg van ecologische wandelroutes. Het unieke gebied herbergt een schat aan flora met ondermeer metershoge Alerce bomen en fauna met dieren zoals de “Zorro’s van Darwin” (een soort vossen), puma’s en pudu’s (het kleinste hert ter wereld).

Het WWF schakelt zoveel mogelijk de inheemse bevolking in bij de werkzaamheden. Ze leiden ze op tot rangers en helpen hen om actief te worden in ecotoerisme. Wat dit laatste betreft, sporen ze hen aan om typische gerechten voor toeristen te serveren (mini-restaurantjes), schelpdieren (oesters, mosselen, …) te verkopen of cabanas te verhuren. WWF geeft hen naast technische assistentie en opleidingen, ook gronden in concessies (in ruil voor onderhoudswerken in het park) en verschaft hen zelfs microkredieten.

César belt na zijn uiteenzetting enkele mensen van de Reserva op en nodigt ons uit om het domein de komende dagen te gaan bezoeken.

Om half vijf vervoegt David ons. Hij geeft ons een overzicht van de grootste bedreigingen van de natuur in Chile en wat WWF eraan probeert te doen.

Chile is een land rijk aan grondstoffen. Nu het economisch sterk aan het ontwikkelen is, worden deze meer en meer ontgonnen. Het is de taak van het WWF aan de Chileense overheid, industrie en bevolking duidelijk te maken dat er een evenwicht noodzakelijk is tussen het aanwenden van deze rijkdommen en het behouden ervan.

David deelt het uitgestrekte land (4300 km lang, gemiddeld maar een paar honderd kilometer breed) in drie:
- In het noorden van Chile is de mijnindustrie zeer actief. Zij is een grote gebruiker en vervuiler van water. Wetlands worden leeggepompt.

- In het centrum, rond Santiago, is er een uniek ecosysteem dat bedreigd wordt door de toenemende land- en wijnbouw.

- In het zuiden van het land is het de papierindustrie die de unieke oerbossen en wouden bedreigt. Daarenboven komt nu nog de bouw van grote dammen voor het verwekken van elektriciteit; het economische sterk groeiend Chile heeft een steeds grotere behoefte aan energie. Tot slot is er nog de over de laatste jaren enorm gegroeide zalmindustrie die een ecologische ramp is. Om 1 extra kg zalm te krijgen, zijn er tot 9 kg vismeel nodig, een rampzalige convertieratio. Daar komt nog bij dat de zalm antibiotica toegediend krijgt, die op hun beurt in de voedselketen geraken.

David is de oprichter van WWF in Chile. Gezien hij in Valdivia gevestigd is, concentreren ze hun inspanningen vooral op het zuiden van het land.

De tijd vliegt voorbij. Na iedereen hartelijk te hebben bedankt voor hun gastvrijheid en hun knappe uiteenzettingen, haasten we ons langs de kust naar de overzetboot die ons naar Coral zal brengen.

We zijn benieuwd naar morgen.

***

 

22 februari 2007 Flora en Fauna van het Valdiviana Coastal Reserve

Die ochtend krijgen we eerst van Pepe een diavoorstelling en een knappe film te zien van het Valdiviana Coastal Reserve project. Vervolgens leidt hij ons rond in een kleine tentoonstellingruimte. Hij vertelt ons over de flora en de fauna in het gebied. Hij laat ons zien hoe ze met de lokale bewoners hard aan het werken zijn om het gebied terug in zijn oorspronkelijke staat te herstellen en daarbij de mogelijkheid te creëren voor toerisme (met zo weinig mogelijk negatieve impact). Geestdriftig beantwoordt hij al onze vragen. De speciale witte rotsen die we in de baai zagen, blijken wit te zijn geworden door de uitwerpselen van de vele vogels die er nesten. En wij die eerst dachten dat we al een ijsberg hadden gezien…

Gewapend met verrekijkers wandelen we vervolgens langs de riviermonding naar het strand. Gek om te bedenken dat die machtige rivier hier in dit reservaat ontstaat. Vanop de duinen zien we heel wat vogels: pelikanen, aalscholvers, en tal van kleinere trekvogels. Pepe heeft een boek bij met de namen van de vogels in het Engels en het Spaans. Hij spot een soort meeuwen die hier normaal gesproken nooit komen. Een mogelijk gevolg van de klimaatsverandering. We worden nog meer uitgelaten wanneer we in de baai een groep dolfijnen in het water ontdekken.

We wandelen langs het strand naar een stukje ongerept, gematigd regenwoud. Toch heeft er hier aan de rand van het water een Chileens gezin een tent opgetrokken. Van Pepe leren we dat hij hier niets tegen kan doen. De eerste acht meter van de waterkant behoort toe aan alle Chilenen – hij kan hen er alleen maar op wijzen niets achter te laten.

We klimmen omhoog langs de steile kust en genieten van de mooie natuur. Een jeep wacht ons op aan het einde van de wandeling.

Voor de lunch houden we halt bij de plaatselijke visser. Hij verkoopt reuze mosselen (1 kg voor 1 Euro) en oesters (zes voor 1 Euro). De vissersvrouw snijdt de oesters voor ons open. Met een heerlijk fris wit wijntje, wat pasta en brood, wordt het even later in onze ‘cabana’ smullen!

In de namiddag rijden we met de jeep van het reservaat de bergen in. Na een tijdje laten we de eucalyptusbomen achter ons. We houden halt aan een bos van Alerce bomen. Na de Sequoia zijn het de oudste bomen op aarde. Het is een indrukwekkende wandeling op een speciaal (natuurvriendelijk) aangelegd pad. Pepe vraagt ons een drietal minuten stil te zijn en te luisteren naar de geluiden van het bos. Niet gemakkelijk voor onze kinderen (zeker niet voor Vicky), maar ze slagen er toch in. Pepe vertelt ons dat de stam van een Alerce slechts 1 minimeter dikker wordt per jaar. Hij toont ons een mini Alerce die even oud is als Vicky. Hij is al wel groter dan haar, maar oh zoveel dunner. De kleine boom staat te midden van reuzen die al bestonden voor de geboorte van Christus.

Presentaties en filmvoorstelling zijn één ding, je er zelf midden in bevinden is nog een totaal andere dimensie.

Wat een dag!

 

 

 

***

Op 23 februari doen we samen met Pepe een tocht met de Zodiac (= rubberen boot) door het park. Een goede gelegenheid om onze jachtluipaard Otji (zie Namibia) mee te nemen.

Het wordt een mooie tocht over het water, onderbroken door een flinke wandeling door het bos.

Bedankt Pepe!
Bedankt ook alle andere leden van WWF Chile!