08 juni
2007 Organische cacao en bezoek aan een Moseten dorp
Ons hotelletje ligt vlak bij het centrale kruispunt van
het dorpje dat maar enkele straten telt. Er staan kraampjes langs de weg
waar mensen het traditionele ontbijt eten, ofwel soep met veel groeten en
vis ofwel rijst met groenten en vlees. Wij vragen in een klein restaurantje
of we als ontbijt brood, confituur en boter kunnen hebben. Ze bekijken ons
eerst raar, maar we krijgen wat we willen. Het is duidelijk dat er hier niet
veel toeristen komen.
Even later pikken Oscar en Justo ons op. Ze nemen ons
mee naar het om de hoek van ons hotelletje gelegen hoofdkwartier van de
inheemse bevolkingsgroep, de Mosetenen van Alto Beni. Het gebouw is mooi
groen geschilderd (cfr.
www.Groenhart.be ). Binnen is er een grote vergaderzaal en enkele
bureaus. Justo toont ons een kast vol met typisch handwerk van de Mosetenen,
van pijlen en boog tot modellen van de traditionele boten die de mensen
gebruik(t)en. Aan de muur hangt er een zeer mooie poster van Groenhart
waarop we o.a. lezen: Vlaanderen zuurstof geven.
Naast het hoofdkwartier is er een kleine fabriek waar
ze peulen van rijst scheiden en zakken met rijst afvullen. Er ligt ook cacao
te drogen op de open binnenplaats.
Cacao is het volgende onderwerp van de rondleiding.
Oscar stelt ons voor aan Don Alejandro, de directeur
van een organisch cacaobedrijfje, dat opgericht werd met hulp van RENACE.
Don Alejandroj neemt ons mee naar twee van zijn cacaoplantages. Hij vertelt
ons hoe ze door snoeien proberen de cacaobomen op de juiste hoogte hun
vruchten te laten dragen, zodat ze die makkelijker kunnen plukken. Tussen de
cacaobomen planten ze bananenbomen die door hun schaduw de grond langer
vochtig houden. Pesticiden worden niet gebruikt. Om te voorzien in hun
levensonderhoud, heeft één gezin twee hectare nodig. Per twee hectares heb
jij één man nodig om het te bewerken (snoeien, grond rond de boomstam proper
houden, plukken enzovoort).
De laatste drie jaren hebben ze in deze streek echter
af te rekenen gehad met abnormale droogte (klimaatsverandering?), waardoor
de productie niet is wat ze hadden gehoopt. Ze onderzoeken nu mogelijkheden
tot irrigatie.
Oscar laat ons smullen van het vlees rond de
cacaobomen. Het smaakt wat naar lychees.
Met dit bezoek wil Oscar ons aantonen dat ook op
ecologische manier een inkomen kan worden verschaft aan de lokale bevolking.
Hetzelfde wil RENACE nu bereiken met het bosproject, gefinancierd door
Groenhart, dat we morgen gaan bezoeken.
Nu neemt Justo de rondleiding over. Met een wagen
rijden we naar zijn dorp, Santa Ana.
De missionarissen hebben duidelijk hun invloed gehad op
het leven van Justo’s gemeenschap. Je hoort het niet alleen aan de naam,
maar merkt het ook aan de rechte straten (vroeger was het dorp veel “organischer”)
en de aanwezigheid van een kerk. Justo heeft op zijn stuk land twee huizen
staan, waarvan één volledig gemaakt van charro, een rietsoort die groeit
langs de rivier. De stengels van de charro worden gebruikt als wanden en de
waaiers bovenaan worden gevlochten tot een dak. In dit huis spelen Jonathan
en Vicky met Justo’s kinderen mens-erger-je-niet. Justo plukt een aantal
kokosnoten uit een palmboom en we krijgen vers kokosnootsap te drinken.
Nadien wandelen we door zijn dorp. Bij het huis van de kasik (de hoogste
burger van zijn volk die meer te zeggen heeft dan de burgemeester) houdt hij
halt. De kasik zelf is niet thuis, maar wel zijn zoon. Hij toont ons hoe ze
met een reuzenboog jagen op vissen. Ook Jonathan mag de boog spannen en een
pijl afvuren. Wow.
Na de lunch trekken we naar de Beni rivier. Terwijl
Oscar en Justo naar de overkant trekken per boot, gaan de kinderen en ik
zwemmen en spelen in de rivier. Gelukkig zitten er hier geen krokodillen
(zeggen ze toch). Het landschap is adembenemend mooi.
In plaats van de terugtocht per taxi te doen, vragen we
of we niet per boot terug kunnen. We hebben geluk. Er is één boot die ons
een heel stuk stroomopwaarts wil brengen. Zo reizen is een stuk aangenamer
dan per auto. Wanneer de boot ons afzet aan de rand van een grote brug
waarover de hoofdbaan loopt naar Palos Blancos, kleurt de hemel boven de
Yungas jungle rood.
Dit is alweer een dag om nooit meer te vergeten.
vorige
volgende
|