17 maart
2007 Straat van Magelaan en Puerto Natales
De autoverhuurder had ons gewaarschuwd dat we onze
deuren voorzichtig moesten opendoen. De sterke wind zorgt er soms voor dat
de deuren uit de wagen vliegen. We hadden de man toen wat raar bekeken, maar
intussen hebben we begrepen wat hij bedoelde. Ook vanmorgen waait er een
stevige wind en we letten erop de deuren van de auto goed vast te hebben bij
het openen en het sluiten. Onze bewondering voor de reizigers zoals Gregory
die hier met hun fiets doorrijden, is alleen maar toegenomen. Trouwens,
Jonathan droomt er nu ook van ooit met zijn fiets hier te kunnen
rondtrekken.
De weg strekt zich uitgestrekt uit door het niets. De
wolken zorgen voor knappe schilderijen in de lucht. Hier en daar ontmoeten
we kuddes guanaco’s. Borden op de weg waarschuwen ons ook voor struisvogels.
Dus Vicky had gelijk toen ze ons even ervoor had gezegd dat ze een baby
struisvogel had gezien. En wij maar lachen …
Een ferry brengt ons dan snel over de beroemde Straat
van Magelaan. Dankzij deze ontdekkingsreiziger moeten de schepen niet meer
langs de gevaarlijke Kaap Hoorn Zuid-Amerika rond, maar kunnen langs hier
afsnijden. Er staat hier nochtans ook een stevig windje.
We zijn nu niet langer op het eiland Tierra del Fuego,
maar op het vaste land van Zuid-Amerika. Dit stuk maakt echter nog steeds
deel uit van Patagonië.
Niet ver van de Straat van Magelaan rijden we langs een
oude zeemachtbasis “Estancia San Gregorio” (1876). Op het strand liggen er
twee verroeste schepen van einde 19de eeuw. Met de blauwe hemel
als achtergrond, het wuivende groene riet op de voorgrond, en het rosse
ijzer van het schip, zorgt dit weer voor mooie beeldjes.
Tegen valavond rijden we Puerto Natales binnen. Er
staan witte toppen op de golven van de zeeinham waar dit stadje geklemd ligt
tussen hoge bergen. Niet echt weer om te kamperen.
We vinden dan maar onderdak voor de nacht in de
verzorgde jeugdherberg van het stadje.
vorige
volgende
|