20 november
2006 Paardrijden in de krater
Om kwart voor vier worden we wakker gemaakt. Met een
kleine jeep dalen we even later de buitenkrater in en rijden door de
zandvlakte westwaarts. Vervolgens beginnen we, nog steeds in het donker, aan
een steile klim naar het uitkijkpunt. Hoe hoger we echter komen, hoe meer we
in de dikke mist verzeild geraken. Boven waait een sterke wind. We zitten
midden in de (natte) wolken. En het zit niet mee. Terwijl het lichter wordt
omdat de zon opkomt, blijft het zicht beperkt tot een witte wolkenmassa.
Jammer.
Om half zes geven we het op en rijden terug omlaag de
buitenkrater in. Langzaam aan wordt het daar gelukkig helderder. De wind
waait het zand hoog op. Wanneer we de kraterwand van de Bromo naderen,
duiken er vele ruiters te paard op. Ze verdringen zich rond de jeep, wanneer
deze stopt. Wij kiezen er echter voor te voet de Bromo te beklimmen. Het is
eerst een kronkelende weg van een honderdtal meter, gevolgd door meer dan
250 treden. De geur van rotte eieren komt ons tegemoet. “Het ruikt hier naar
worstjes, hmm… zalig!” roept Jonathan.
Nu krijgen we gedroogde bloemen aangeboden (tegen
betaling natuurlijk) om te offeren aan Bromo. Wij bedanken hier echter voor.
We zien de witte gaswolken van de bodem van de krater omhoog cirkelen.
Jonathan is er niet gerust in en wilt niet te lang blijven.
De ruiters staan ons beneden nog altijd op te wachten.
Jonathan en Vicky kiezen elk een paard en rijden, met de begeleiders te voet
erachter, rond de vlakbij gelegen Hindoe tempel. Ook ik draaf op een paardje
met hen mee. Ze vinden het tochtje te paard echter veel te kort. We
onderhandelen dat ze met de paarden terug naar Lava View Hotel mogen rijden.
Xenia en ik rijden terug met de jeep.
De rest van de dag brengen we door met les geven.
Opnieuw weerklinkt Queen door onze luidsprekers: “Don’t stop me now, cause
I’m having such a good time…”
In de late namiddag trek ik nog te voet naar een iets
lager gelegen viewpoint (2500 meter). Het is echter zwaarbewolkt en het
zicht is beperkt. Op de terugweg krijg ik zelfs een malse regenbui van een
onweer te verduren.
In Lava View zitten de Nederlandse Valesca en haar
Indische vriend Hemang in het restaurant. Hemang en ik spelen even later met
de lokale bevolking volleybal op de binnenplaats van ons hotel. Het niveau
ligt hoog. Ze spelen bijna allemaal competitie. We doen wat we kunnen. De
duisternis valt echter snel. De volleyballers druipen af. Hemang en Jonathan
spelen nog een wedstrijdje voetbal tegen Vicky en mijzelf. Xenia praat
gezellig met de sympathieke Valesca.
We eten nog samen en dan is het bedtijd.
vorige
volgende
|