20 juli
2006 Cheetah Conservation Fund te Otjiwarongo
Xenia is veel wakker geweest door
het straatlawaai van de stad, de rest niet. We zijn vroeg uit de veren en
vertrekken om 7 uur naar CCF. Jonathan, en wij ook, zijn benieuwd. Onze
kinderen mogen echter niet mee in de looppiste van de cheetahs komen omdat
ze nog te klein zijn. Jachtluipaarden zien erg goed van ver (tot 5 km), maar
ze zien slecht dichtbij. Ze zouden Jonathan en Vicky als prooi kunnen
aanzien. Phil spant een touw van een +/- 200 meter in een vierkant waar een
rode lap wordt aan vast gemaakt. Doormiddel van een motor kan het touw met
de lap eraan snel worden rondgetrokken. Wij moeten ons in een groep op een
hoek zetten en dan begint het spektakel. Het zijn de jonge Harry, Ron en
Hermelien die hun portie ochtendgymnastiek krijgen. Ze rennen tegen een hoge
snelheid achter de rode lap aan en lukken er, tot gespeeld ongenoegen van
Phil, vaak in om de rode lap te vangen. Ze scheren hierbij op nog geen twee
meter langs ons heen. In totaal worden er een vijftal looprondes gehouden,
met rustpauzes om de jachtluipaarden te laten afkoelen. Wat een spektakel.
Jonathan en Vicky staan dan wel achter de draad, maar ze staan er ook
vlakbij en hun ogen glinsteren. Bedankt Phil dat we mochten terugkomen!
Om wat na te genieten en de foto’s
te bekijken, worden we uitgenodigd om thee te drinken op het terras. Loraine,
een sympathieke medewerkster van CCF, komt bij ons zitten en we praten over
ons project. Na ons aanhoord te hebben en enkele woorden te hebben
geschreven in het vriendenboekje van onze kinderen, vraagt ze ons of we niet
graag Dr. Laurie Marker, de oprichtster van CCF in 1990, wensen te
ontmoeten. Natuurlijk! En even later zit Dr. Laurie Marker bij ons aan tafel
en vertelt ons haar boeiend verhaal. Hoe ze als Amerikaanse doctor in de
zoölogie in Namibië was terecht gekomen in het kader van haar onderzoek naar
jachtluipaarden en hoe ze nergens steun vond om deze prachtdieren van de
ondergang te behoeden. En dat ze dus maar heeft beslist om het heft in eigen
handen te nemen. Haar motto is dat de jachtluipaard moet kunnen overleven
in de vrije natuur (niet uitsluitend in een reservaat). Om dit te bereiken
moet ondermeer de habitat van de jachtluipaard in stand worden gehouden en
moeten de boeren overtuigd worden dat deze roofdieren kunnen samenleven met
hun kuddes. Opleiding is de sleutel hiervoor. Ze vertelt ons dat een groot
deel van Namibië overbegroeid is door struikgewas (door het verdwijnen van
neushoorns en olifanten, minder bosbranden enzovoort) waardoor de
natuurlijke habitat van de jachtluipaard – uitgestrekte vlaktes met goed
zicht – aan het verdwijnen is. Jonathan had gelijk wanneer hij zich gisteren
over dit dichtbegroeid landschap verwonderde! Om dit op te lossen schakelt
ze nu de lokale bevolking in om manueel (werkgelegenheid!) struikgewas te
kappen. In een klein fabriekje wordt dit hout verwerkt in samengeperste
stronken die verkocht worden in binnen- en buitenland voor verwarming en
BBQ’s. Ze gaat nog een stap verder. Boeren die meewerken aan een programma
om te leren samenleven met roofdieren krijgen een keurmerk waardoor ze het
vlees van hun boerderij aan een kleine meerprijs kunnen verkopen.
Ze vertelt geanimeerd en de inhoud
mag er ook zijn. Ik vertel haar dat wat ze doet perfect aansluit bij wat ik
op de Karel de Grote Hogeschool doceer. Ze past namelijk zonder dat ze het
beseft de 4 P’s toe – profit, planet, people, participation. Ze is hierin
sterk geďnteresseerd want volgens haar is “environmental economics”
essentieel om haar project te doen slagen. Ze filmt me wanneer ik het haar
in het kort uitleg. Ik verwijs haar door naar de World Business Council of
Sustainable Development wanneer ze me zegt dat ze steun wil zoeken bij de
zakenwereld voor haar project (dat intussen al loopt in verschillende
Afrikaanse landen, in de USA, Japan en Iran).
Als slagroom op de taart van dit
ongelofelijke bezoek, vraagt Laurie Marker of Jonathan en Vicky een pluchen
jachtluipaard mee willen nemen op hun trip rond de wereld, zodat ook hij kan
getuige zijn van de pracht van onze planeet en de vele natuurproblemen
waarmee ze te kampen heeft. Op die manier kunnen Jonathan en Vicky, naast de
panda van het WWF, de jachtluipaard van CCF meer bekendheid en uitstraling
geven. Onze kinderen vinden dit een reuze idee.
Het gesprek met Dr. Laurie doet me
denken aan het interview dat wijlen mijn onkel Roeland Dirks afnam met Diane
Fossey die de Afrikaanse gorilla’s bestudeerde en trachtte te beschermen.
Ook zij was net als Dr. Laurie een sterke, vastberaden vrouw die kost wat
kost een bedreigde diersoort wenste te beschermen.
Het is al middag wanneer we snel in
de Superspar voor niet veel geld lekker warm eten om net op tijd Bruce te
ontmoeten die ons een rondleiding geeft in de houtpulp fabriek van CCF. Hij
laat ons achteraf gebruik maken van zijn internetverbinding om wat verslagen
en foto’s op te laden.
Met een hoofd vol nieuwe informatie
en ideeën leggen we de 200 km af om net voor zonsondergang aan de poort van
het Etosha Park toe te komen. De ranger aan de ingang van het park geeft ons
de raad om enkele kilometers verder naar een waterpas te gaan kijken omdat
er olifanten en leeuwen zijn. We zien er olifanten, zebra’s en springbokken
– de leeuwen zijn er niet. We rijden net voor sluitingstijd de camping te
Okaukuejo binnen en zetten onze tent op onder een paar bomen waar iets later
op de avond 5 grote uilen blijken te nestelen – en krijsen dat die kunnen
(volgens sommigen precies het opblazen van matrijzen). Aan het waterhol op
camping zien we onze eerste neushoorn.
Wat een dag!
vorige
volgende
|