06 augustus 2006
Groot nieuws !!!
We verlieten de Xwaraga camping na afscheid te nemen
van de Nederlanders die we hadden ontmoet. De dochter en de zoon hebben in
onze schriftjes geschreven. Wanneer we het park uit waren, gingen we naar
Lekubu Island, een eiland vol baobabs temidden van de Makgadikgadi pans.
Het is ooit het grootste meer van Afrika geweest.
Na vijf uur rijden om er te geraken, over soms slechte
en soms goede wegen, waren we in een klein dorpje aangekomen. Van hieruit
was het het moeilijkst om er te geraken omdat de wegen niet aangeduid waren.
Eigenlijk had je een GPS nodig, maar dat hadden wij niet. We volgden de
coördinaten van een boek dat we mee hadden. Na een half uurtje rijden
merkten we op dat we verkeerd waren. We draaiden terug en kwamen een andere
auto tegen. Zij hadden wel een GPS en zeiden dat het wel langs daar was. Na
nog een half uur rijden kwam de familie in de andere auto ook te weten dat
ze fout zaten. We besloten om allebei terug te draaien. De andere auto had
een kleine voorsprong op ons omdat we riet van aan de zijkanten van de weg
uit de motorkap probeerden uit te wringen. Uiteindelijk vertrokken we ook.
Na nog geen honderd meter kwamen we brandend riet
tegen. Met zijn zware en stevige bottines sprong mijn papa op het vuur dat
gelukkig nog niet zo groot was. Hij had het gedoofd. We vertrokken weer en
even later kwamen we een groter vuur tegen. De grond was voor een deel pik
zwart. We vroegen ons af wat dit te betekenen had. Nog geen tien seconden
later zagen we in de verte zwarte rook opkomen. We vertrokken in
sneltreinvaart, zoals juf Tineke altijd zegt, op de rook af. Een vijftigtal
meter voor de brand stopten we. Mijn papa liep snel naar de plaats waar de
rook vandaan kwam. Na een tijdje wachten, zagen we papa terugkomen. Hij zei
dat het de auto was die ontploft was. Hij had mensen zien zwaaien van in de
verte en we hoopten dat zij het waren.
Ondertussen was het vuur overgeslagen naar de grote
rietvelden. Het werd een hele bosbrand, beter gezegd een rietbrand. Na nog
een paar knallen die volgden, reden we langs de auto die in vuur en vlam
stond. Toen we er voorbij waren, zagen we inderdaad in de verte iemand
waaien. We reden er naartoe en zagen dat iedereen ongedeerd was. Ze reden
met ons mee naar het eiland. Daar zetten we ze af bij andere mensen van hun
groep waar ze normaal mee reisden. We mochten onze tent bij die van hen
zetten en zo hebben we de nacht daar doorgebracht. De oorzaak van de
ontploffing was waarschijnlijk een lek in de benzine tank.
Wat een avontuur!
vorige
volgende
|