15 december 2006 Denpaser –
Darwin - Alice Springs - Ayers Rock
Om 00.15 stijgt ons Quantas vliegtuig van Denpasar (Bali)
op met bestemming Darwin (Australië). We rekenden op een vlucht van 4 uur om
wat te kunnen slapen. De vlucht duurt echter iets meer dan twee uur. Er is
een tijdverschil van 1 ½ uur, wat maakt dat we iets na vieren in de ochtend
landen.
De lucht is heet wanneer we het vliegtuig in Darwin
verlaten. Gezien we Australië invliegen, moeten we onze bagage afhalen.
Gelukkig is al onze bagage, inclusief onze nieuwe tent, toegekomen. Bij de
douane aangekomen, wordt onze bagage door een snuffelhond onderzocht. Hij
houdt halt bij de bruine Kipling zak van Xenia. In deze rugzak heeft
inderdaad heel wat fruit gezeten. Gezien we wisten dat je geen etenswaren in
Australië mag invoeren (uit schrik voor ziektes), hebben we de zak
leeggemaakt. De hond heeft het echter geroken. Na onze uitleg en controle,
mogen we zonder problemen het land binnen.
We checken vervolgens in voor de vlucht van 7 uur naar
Alice Springs. Jonathan heeft wat last van zijn buik, maar hij, samen met
Vicky, slapen even later in op de vloer van de wachtzaal.
Om 9 uur landen we in Alice Springs, waar het mogelijk
nog warmer lijkt dan in Darwin; precies of er een haardroger warme lucht
blaast. Nog suf van de zeer korte nacht gaan we op zoek naar een huurauto.
We vragen prijzen van Europcar, Budget en Thrifty en boeken uiteindelijk bij
Hertz die ons een grotere wagen en meer kilometers per dag toestaat dan de
drie hoger genoemden.
De auto mag er wezen. Het is een beige Toyota Camry met
een ruime koffer waar al onze bagage (en dat is toch al wat) zonder
problemen in kan. Bovendien is het een automaat met cruise control!
Onze rit naar Ayers Rock, inclusief lunchstop, duurt
iets meer dan 5 uur. We rijden bijna de gehele tijd gewoon rechtdoor, dwars
door de rode woestijn. We zien verschillende “roadtrains” (tot 60 meter
lange vrachtwagens, inclusief 3 opleggers) voorbij donderen. Indrukwekkend.
Naast de weg liggen verschillende karkassen van koeien en tevens veel dode
kangoeroes.
Er is slechts één camping in Ayers Rock Resort. Hier
zetten we voor het eerst onze tent op. Het is een mooie tent, met een ruim
voorcompartiment. We kopen haringen (piketten), want die zitten niet in de
zak en er staat een flinke wind. De bediening in het winkeltje is
“efficiënt” maar niet echt vriendelijk. We zijn nog maar één dag in
Australië maar missen al de glimlach van de Aziaten.
Het is zo warm dat we onze kennismaking met Uluru (Ayers
Rock) even uitstellen en eerst in het zwembad gaan afkoelen. Het water is
een flink pak kouder dan verwacht. Het zwembad is afgemaakt met een
veiligheidshek en er staat een hoop regels van wat wel en niet mag. Welkom
in de geciviliseerde wereld! Onze kinderen vinden het eerst helemaal niet
plezant, maar eenmaal in het water amuseren ze zich toch kostelijk.
Tegen valavond rijden we naar Uluru. De zon kleurt de
enorme rots donkerrood. We halen ons picknick boven en zien hoe de rots van
kleur verandert. Wat een mystieke plek.
vorige
volgende
|