10 december
2006 Tarzan en Jane in actie
Deze nacht hebben we gevaren, maar de wind was zo sterk
dat één van ons opblaasbare hoofdkussens overboord is gegaan. We zijn blij
dat het daarbij is gebleven, zo hard waaide het.
Vandaag staan er ons alweer enkele aangename
verrassingen te wachten.
We meren aan bij een idyllisch dorpje op het eiland
Majo. Een wandeling van een 4-tal kilometers brengt ons bij een droompoel.
Temidden van tropisch plantengroei stort een klein riviertje zich wel een
vijftal meter de diepte in in een koele poel. De waterval loopt over een
door de jaren heen gevormde reuzen stalactiet.
De mensen van het dorp hebben een koord bevestigd aan
een hoge boomtak en nodigen ons uit om als Tarzan en Jane over de poel te
zweven en ons te laten vallen in het heerlijk frisse water. Eerst hebben
Jonathan en Vicky wat schrik, maar na hun openingsplons is er geen houden
meer aan. Jonathan slingert zich wel 24 keer die ochtend het water in. En
ook Vicky (en ik) laten ons niet kennen. Xenia kijkt eerst vanop de zijkant
toe, later vanuit de poel. Ze zwemt ook in een kleine grot die zich onder de
stalactiet heeft gevormd.
We fantaseren over hoe we dit stukje natuur kunnen
verplaatsen en inbouwen in ons parkje over de deur. Wat zou de kinderen (en
de volwassenen) van onze straat hiervan kunnen genieten…
Na een lekkere maaltijd stopt de boot bij een minuscuul
eilandje met witte stranden en enkele palmbomen. We wandelen eens rond het
eiland (+/- 10 minuten) en ontdekken de onderwaterwereld. Er staat echter
een flinke stroming, het is dus oppassen geblazen. Vlakbij het strand stap
ik op een kleine zeester. We proberen het trucje van iemand die we leren
kennen uit, namelijk de zeester in ondiep water op zijn rug leggen en dan
zien hoe het twee armen krult en zich dan sierlijk weer goed op zijn buik
legt.
Terug aan boord mag Vicky van de kapitein de boot
besturen. Even later spelen enkele dolfijnen een spelletje racen voor de
boeg van ons schip.
Dan verschijnt er een zwaar onweer aan de horizon
gevolgd door een ware zondvloed die onze boot overspoelt. Zou het
regenseizoen, dat normaal start rond midden november, dan toch eindelijk
begonnen zijn? Wij vonden het niet erg dat we bijna helemaal geen regen
hebben gehad tijdens ons bezoek aan Indonesië, maar de lokale bevolking
snakt naar water.
Bij onze aankomst op Lombok brengt een busje ons naar
Sengigi. De Amerikaan Chris kent er een goed en niet te duur hotelletje op
het strand. We gaan er met zijn allen heen en vullen alle kamers. Een
duidelijk bewijs dat de groepsfeer niet stuk kan!
Deze boottocht is dus in alle opzichten meer dan
geslaagd.
vorige
volgende
|