06 november
2006 PM - One night in Bangkok
Het is kort na de middag wanneer Royal Nepal Air ons
veilig en wel neerzet te Bangkok, Thailand.
De luchthaven van Bangkok is voor Jonathan een waar
geworden droom. Ze is dan ook echt de moeite. Amper een maand geleden
geopend, is het vliegveld een juweeltje van architectonische schoonheid. We
laten de meeste bagage achter bij “left luggage” en nemen een taxi naar het
centrum. Van Deense meisjes hebben we een tip gekregen voor ons onderdak.
Het wordt het verzorgde en niet dure “New Road Guest House”, uitgebaat door
Denen.
Na ons van een kamer voor de nacht te hebben voorzien,
nemen we de boot naar het koninklijke paleis. De busboot is een belevenis.
De rivier staat erg hoog en we zien dat sommige straten langs de rivier
blank staan. Het paleis zelf staat te blinken (van al het goud) in de zon.
Voor een bezoek aan de koninklijke woonst is het helaas te laat, want het
paleis is al gesloten. In de plaats daarvan nemen we een touk touk die ons
door de stad gidst. Het is een mengeling van cultuur en commerce, lees
winkeltjes bezoeken. Onze eindbestemming is de Gouden Berg, van waar we een
mooi zicht op de stad hopen te hebben.
Nog even vertellen dat in het straatbeeld heel veel
mensen in het geel op te merken zijn (Vicky had het als eerste gezien), wat
een blijk van trouw aan de koning is. Enkele maanden terug heeft het leger
in Thailand de macht genomen en de regering aan de dijk gezet. De eerste
minister is naar London gevlucht. De weinige Thai die we hierover
aanspraken, vinden het een goede zaak. Ze houden van hun koning en de
afspraak met het leger is dat zij na een jaar de macht terug overdragen aan
een nieuwe, democratisch gekozen regering.
Aan de voet van de Gouden Berg, met bovenop een
boeddhistische tempel, zijn een reeks eetkraampjes en vele lichtjes. We
hebben dan wel het grootste feest op de rivier voor de verjaardag van de
koning gemist gisteren, maar vandaag vieren de boeddhisten hier nog een
lichtfeest.
Een sympathieke politieman van TPD (Toerist Police
Department) spreekt ons aan, geeft ons zijn kaartje, en waarschuwt ons voor
gauwdieven. We proberen een aantal gerechtjes uit, maar het zijn de
spotgoedkope (10 à 15 Eurocent het stuk) en erg lekkere sushi die we
verkiezen. We kunnen niet om het pretpark heen en Jonathan en Vicky
verdwijnen in een groot rad. Een originele attractie is er eentje waar je
met verzwaarde ballen moet gooien tegen een klep die, wanneer goed geraakt,
ervoor zorgt dat een meisje in een grote kuip met water verdwijnt. Dit
natuurlijk tot grote hilariteit van de omstanders.
Boven op de tempel hebben we een mooi uitzicht op
verlicht Bangkok. Er klinkt boeddhistische muziek door de luidsprekers en op
verschillende plaatsen zitten oranje monniken. Ze verkopen van alles en nog
wat en besprenkelen je met wijwater. Ook wij kunnen aan de douche niet
ontsnappen. Een mensenzee gaat al biddend met de klok mee rond de tempel. Ze
schrijven hun naam op gouden hartjes die ze bij de monniken kopen en ze
hangen ze aan de stupa. Ze branden kaarsjes en leggen lotusbloemen en
bankbiljetten aan de voeten van reusachtige gouden Boeddha's.
En weer is de wereld klein. We zien een Frans koppel
terug dat ook de wereld aan het rondreizen is en die we in Beijing hebben
ontmoet. Gek hé.
Terug aan de voet van de tempelberg zetten Jonathan en
Vicky zich aan het schilderen temidden van kinderen, maar ook grote mensen.
Hoe laat het ook is, naar bed willen ze niet.
De nacht in Bangkok is veel te plezant…
vorige
volgende
|