02 september 2006 Kruidentour op Zanzibar
We hebben ons vandaag ingeschreven voor een kruidentour
op het eiland. Zanzibar is gekend voor zijn specerijen. Geen één van hen is
echter inheems. Ze zijn allemaal geïmporteerd van over de hele wereld. Om
half tien vertrekken we in een klein busje met onze gids het binnenland in.
We houden halt in een klein dorpje en krijgen van enkele lokale kinderen
zelf met bamboeblaren gevlochten , zoals ringen en dassen, aangeboden. Ze
vinden het vanzelfsprekend dat je hen daarvoor wat geld geeft dan. Onze gids
kent zijn stof en zijn talen. Hij leidt ons rond de hele voormiddag en toont
ons koffiebonen, kruidnagel, vanille, peperbollen, gember, jakfruit,
muskaatnoot en nog een heleboel meer. We houden ook even halt bij een
verlaten en vervallen Perzisch bad voor de vrouw van één van de toenmalige
sultans. Op de middag krijgen we op een op de grond uitgespreid deken
rijstmaaltijd met vis en spinazie aangeboden, waarin een heleboel van de die
voormiddag geziene kruiden zijn verwerkt. Lekker is het. Nadien neemt onze
gids ons in het busje mee naar een prachtig strand waar we allemaal een
frisse – nu ja, het water is behoorlijk warm – duik in de zee nemen.
Voorwaar een geslaagde uitstap.
Eenmaal terug in het hotel nemen we allemaal een koude
douche en zetten ons nog even op ons dakterras. De kinderen maken nog enkele
rekenoefeningen terwijl wij lezen en schrijven. Dan is het tijd om dala dala
nr. 502 (= lokaal busje) te nemen naar het Via Via café. Zo’n busje nemen is
een hele belevenis. Het is een open, maar overdekt busje met zitbanken langs
de zijkant. Wanneer we Stone Town verlaten, zitten we er met zijn twaalven
in. Even later verdubbelt dit aantal en worden we samengedrukt als worstjes
in een doosje. De chauffeur krijgt de hulp van een begeleider die achteraan,
half buiten hangt en met zijn getok op het busje teken geeft of de chauffeur
moet stoppen om mensen op te pikken of af te zetten, of weer doorrijden kan.
Na een tijdje kennen we de codes van het getik. Een behulpvaardige
passagier geeft ons aan waar we moeten afstappen – hij stapt zelfs mee af
omdat hij ons de weg wil wijzen (gratis!).
Het schemert al wanneer wij het Via Via café (en wat we
niet wisten, hotelletje) binnenstappen. Teun zit er met Ingrid, de
eigenares, aan tafel. Ze heten ons hartelijk welkom en al snel worden de
verhalen uitgewisseld. Ingrid heeft zes dagen terug een satellietantenne
laten plaatsen en kan nu BVN (het beste van Vlaanderen en Nederland voor
mensen in het buitenland) ontvangen. En je raadt het nooit – ze geven, tot
grote vreugde van onze kinderen, de Kampioenen. Wanneer even later het
nieuws volgt, zegt Jonathan verbaasd “kijk, wegen zonder gaten!”. Grote
hilariteit wanneer 5 minuten later Martine Thange het volgende punt
aankondigt: “Er is een groot gat gevonden in de steenweg in Leuven”…
Ingrid is getrouwd met een man van Zanzibar. Een van
zijn vrienden daagt Jonathan uit voor een spelletje Bao en tot zijn grote
verbazing krijgt hij van Jonathan flink op zijn donder. Dat had hij niet
verwacht. Het is, met andere woorden, een gezellige avond.
Ingrid’s man brengt ons ’s avonds laat terug naar ons
hotelletje en we spreken af dat hij de volgende dag een deel van onze bagage
komt ophalen. Onze laatste nacht op Zanzibar gaan we namelijk in Via Via
doorbrengen, maar eerst willen we nog de oostkust van dit kruideneiland
verkennen en dit met een minimum aan bagage. We dromen die nacht van witte
stranden…
vorige
volgende
|