Verslagen

AFRIKA  -  Botswana


 

¤ België
(voor vertrek)

¤ Afrika

¤ Azië

¤ Oceanië

¤ Antarctica

¤ Zuid-Amerika

¤ Noord-Amerika

¤ België
(terugkomst)

 

Eddy & Xenia

 

Jonathan

 

Vicky

 
 
 

30 juli 2006 Grandioos Ihaha (Chobe)

Onze laatste ochtend in Zimbabwe doen we het rustig aan. We laten het plan varen om de Falls te gaan bekijken langs de Zambiaanse kant – de kant waar de rivier naar beneden dondert. We tellen onze miljoenen en gaan er croques mee eten bij de lokale Wimpy’s. Jonathan en Vicky kopen zich met harde USD 50 in de vorm van een slang uit zeepsteen gemaakte gelukbrengers voor hun klasgenootjes en hun vriendjes thuis. De legende zegt dat deze slang de Victoria Falls bewaakt. Moge ze de vriendjes en vriendinnetjes van Jonathan en Vicky beschermen. Onze laatste Zimbabwese Dollars schenken we bij het verlaten van het stadje aan een dame met een baby langs de weg.

Niet te ver van de grens trekken we nog een foto van een zwart geblakerde en een witte, kale boom die broederlijk naast elkaar staan. Yin en Yang. Blank en zwart.

Terug in Botswana bevoorraden we ons in de Spar van Kasane. We halen er ook nog Pula’s, de lokale munt, af (kredietkaarten worden niet overal aanvaard of werken soms niet). We krijgen 7,32 Pula voor 1 Euro. Botswana is dan ook een rijker land waar het relatief goed gaat. Het is dus even afkicken na Zimbabwe – we zijn niet langer miljonair.

We lunchen aan de Chobe rivier.

Het is al bijna 15 uur wanneer we het Chobe National Park inrijden. We krijgen geen ‘permit’ want de parkwachter heeft geen blaren mee. We mogen ook niet kamperen in het park, gezien we niet op voorhand geboekt hebben. We moeten dus door het park zien te rijden en het verlaten voor zonsondergang. Iets voorbij de ingang van het park zit er een hyenajong langs de weg. Het ziet er echt schattig uit, maar groter geworden is hij een geduchte opruimer van karkassen.  Temidden van een sprookjesachtig landschap van verdorde bomen zien we tientallen steenbokken en impala’s. Wanneer we afdalen naar de rivier ontmoeten we een kudde giraffen en olifanten. De 4x4 weg slingert zich vervolgens verder langs de rivier. Er zijn veel wolken vandaag. Ze zorgen voor magnifieke kleurschakeringen in het water en op het land. De natuur is hier echt op zijn best. We zien de grootste troep olifanten ook langs de rivier. In de bomen die de rivier langs de ene kant omzomen (langs de andere kant zijn het uitgestrekte steppen) nestelen grote visarenden. We komen ogen te kort om al het schoons te bewonderen. Intussen zakt de zon gevaarlijk snel en de deels bewolkte hemel begint rood te kleuren. We willen haast maken om het park tijdig te verlaten, maar dan verspert een reuze olifant ons de weg. Ik zet de motor af en hij komt op ons af. Hij staat zowaar bijna tegen de motorkap en steekt zijn slurf naar voren. Ik zet de sleutel klaar om de motor te starten en de cooling springt op. Met zijn slurf voelt hij vooraan aan de motorkap. Jonathan heeft bliksemsnel zijn gordel aangedaan. Ik ben er helemaal niet gerust in, maar weet niet goed wat te doen. Nog even kijkt hij ons aan; dan draait zich dan om en wandelt langzaam terug naar de kudde. Wow, onze hartslag kon terug wat langzamer gaan. Iets verder langs een volgende meander van de rivier zien we in een bos op enkele meters een kudde buffels – ze kauwen rustig verder en laten ons met rust. En ons geluk kan niet op. Terwijl de hemel vuurrood kleurt, merken we iets verder een leeuwin met haar drie welpen op. Vlakbij zijn twee krokodillen met elkaar aan het vechten. Het is ons intussen al duidelijk geworden: we halen de uitgang van het park nooit op tijd. Hopelijk kunnen we toch op de camping terecht.

Het is half zeven (de zon is net achter de horizon verdwenen) wanneer we eindelijk een klein bordje zien met een afslag naar de Ihaha camping. Voor de lezer even vermelden dat de wegen in het park alleen bereidbaar zijn met een 4x4 (veel zand, grote gaten, stenen en bulten) en dat de weg – als je die zo kan noemen – niet altijd even goed of helemaal niet bewegwijzerd is. De kaarten die je aan de ingang krijgt vermelden wel de GPS coördinaten, maar wij hebben geen GPS bij. We zijn dus erg blij met de aanduiding van de camping. Aan de receptie (klein hutje) is er niemand dus we rijden maar verder. Het is intussen al aardig donker geworden. We stoppen bij twee jeeps met Zuid-Afrikanen die ons doorverwijzen naar een plek wat verder op die volgens hen vrij is. We rijden langs de rivier en dan een steile helling op en krijgen dan bij schemerlicht een machtig zicht op de slingerende rivier. Hier zetten we onze tent op. Ik rij naar de Zuid-Afrikanen terug om wat hout te gaan halen (vaak kan je hout kopen op de camping maar hier was geen personeel te bekennen). De Zuid-Afrikanen raden me aan met de auto naar de toiletten en douches te rijden, want de nacht ervoor hebben ze vlakbij het gebrul van een leeuw gehoord. In Namibië, in het Etosha park moet je voor zonsondergang op een camping zijn en worden de poorten gesloten. Campings zijn er afgemaakt (wat de jakhalzen niet tegenhoudt om in de vuilnisbakken te komen snuffelen) en je mag er vrij rondlopen. In Botswana daarentegen zijn de campings niet afgemaakt.

We steken dus voor alle veiligheid maar een groot vuur aan en eten dicht bij het vuur onze boterhammetjes op. Intussen worden de nachtdieren in het park wakker. We horen allerlei geluiden die we niet kunnen thuisbrengen. Jonathan wil zo snel mogelijk de tent in. Daar luisteren we verder naar de nachtgeluiden…

 

vorige                                                                                                                          volgende