26 juli
2006 Met een zieke naar Botswana
De volgende ochtend op ons eiland voelt Jonathan zich
niet goed. We hobbelen via de ruwe weg terug naar de hoofdbaan. We nemen
afscheid van de Zwitsers. Zij kiezen voor een gravel weg langs de rivier
richting Botswana, terwijl wij de hoofdbaan nemen. Op 3 km van Zambia houden
we even halt. Jonathan opent de deur en geeft flink over. Iets verder is de
grens met Botswana. De twee dames van de douane zijn in een goede bui. Het
gaat zo vlot dat voor we het goed beseffen, we Botswana binnenrijden. Te
vermelden is wel dat we onze schoenzolen moeten desinfecteren en ook onze
autobanden moeten door een bad.
We nemen de transit weg door het Chobe park naar Kasane
om zo snel mogelijk met de zieke Jonathan een kampplaats op te zoeken. Het
wordt de camping van Toro Lodge (toro betekent “droom” in de locale taal)
langs de Chobe rivier. Elke kampplaats heeft zijn eigen wasplaats en
elektriciteit. Jonathan legt zich op een matje buiten, Vicky speelt voor de
verandering alleen, Xenia doet de was en ik doe snel wat inkopen.
Na het eten stoppen we onze kindjes in bed. Wij drinken
nog een lekkere tas thee bij een kampvuur bij onze sympathieke Nederlandse
buren Robert en Yolanda. Zij zijn ook echte wereldreizigers en we wisselen
een boel avonturen uit.
vorige
volgende
|