09 juli
2006 Cederberg
We nemen afscheid van Barry en Clovelly Lodge en laten
het wondermooie Kaapstad en omgeving achter ons. Op aanraden van Barry
rijden we naar het Fossil Park iets voorbij West Coast National Park. We
hebben echter pech want het park sluit om 12 uur en het is al 13 uur.
Niet getreurd, met onze Toyota Hilux kruisen we verder
noordwaarts naar Citrusdal. Kilometerslange citrusplantages volgen elkaar op
in deze zeer vruchtbare vallei. Wanneer er naast de weg bordjes staan met
“Kom proe, naartjes” laten we ons verleiden. ‘Naartjes’ blijken
mandarijntjes te zijn en we kopen een tros. Ze hebben ook lekkere
‘dadelbolle’ met cocosnootschilfertjes errond. Wij vinden ze heerlijk, maar
de kinderen lusten deze gezonde snoepjes niet. Ten noordoosten van Citrusdal
ligt het Cederberg National Park.
We rijden binnen via Alegria temidden van majestueuze
bergen van zeeniveau oprijzend tot boven 2000 meter. Een rancher aan de
ingang van het park verwijst ons door naar Kromrivier waar we kunnen
kamperen en waar, zo zegt hij “de dame van het huis ons zeker wel iets
lekkers als avondmaal kan klaarmaken”. Onze Toyota 4x4 wordt het eerst
getest op stoffigere, rode, niet geasfalteerde weg. We klimmen hoger en
hoger. Op een hoogvlakte omgeven door ‘machtige’ bergen ontmoeten we een
familie bavianen die aan een riviertje hun dorst aan het lessen zijn. De
hoogvlakte ligt vol met bizarre rotsblokken en rotsformaties. De ondergaande
zon zorgt voor een fantastisch kleurpallet. Kromrivier blijkt hoog in de
bergen te liggen en te bestaan uit enkele huisjes aan een rivier. Er lopen
een tiental paarden vrij rond.
De man die ons ontvangt, ziet ons WWF logo en vertelt
ons dat er vlakbij een hoeve is die eigendom is van WWF. Er werken enkele
mensen onder leiding van Quinten aan een project rond luipaarden. Of we hem
willen ontmoeten? Natuurlijk. Hij belt de man op en er wordt afgesproken om
samen met hem de volgende ochtend te onbijten.
Het is nog een half uurtje licht waarvan we profiteren
om voor de eerste keer op onze wereldreis onze tent op te zetten. Het decor
is ongelofelijk – hoog in de bergen omgeven door nog hogere pieken, een
riviertje vlakbij, en wild grazende paarden. Natuurlijk zijn er ook vliegen
en daar moet Jonathan niet zoveel van hebben. De vliegen zijn hier echter
veel minder agressief dan in Australië – plots blijkt Jonathan veel minder
geïnteresseerd in Australië.
Nadat de tent recht staat, trekken we naar de hoeve,
eigenlijk meer een soort berghut. De openhaard brandt en de tafel is voor
ons gedekt. Wat de drank betreft, mogen we ons zelf behelpen. De dame toont
me enkele flessen wijn en een kurkentrekker. En dan volgt een uitgebreid
avondmaal – ajuinsoep gevolgd door allemaal verschillende gerechten – rijst,
aardappelen, 2 soorten vlees, verschillende soorten groenten waaronder een
pompoenensalade – en dan nog cake met room als dessert. We eten ons buikjes
goed vol. Dan druppelt er nog volk binnen en een hoop kinderen om naar de
wereldbekerfinale te kijken. Vicky supportert voor Frankrijk, Jonathan voor
Italië. Er komen verlengingen en strafschoppen. Italië triomfeert (en wat
een onvergefelijke fout van Zidane!). Het is half twaalf wanneer we in onze
slaapzakken kruipen – het wordt een bitterkoude nacht onder een open
sterrenhemel en een volle maan.
vorige
volgende
|